Onlangs las ik een spelfout: ouderpartycipatie. Die klonk mij als muziek in de oren. Medewerkers ouderbetrokkenheid zouden willen dat het een feestje was, maar de praktijk blijkt weerbarstig. Zo hoorde ik:
- Ouders klagen aan het hek over van alles wat de school niet of niet goed doet, maar in actie komen?…..Ho maar.
- Wat zou het leuk zijn als al die etnische groepen hier op school elkaar gaan aanvullen in plaats van “aanvallen”, zoals nu soms gebeurt.
- Ik zou dolgraag het gesprek over opvoeding en onderwijs op gang brengen maar in praktijk is dat knap lastig.
Vanuit de overheid wordt ouderbetrokkenheid in het onderwijs gestimuleerd. Onderzoek wijst uit dat ouders een grote invloed hebben op de ontwikkeling en leerprestaties van hun kinderen. Dat geldt voor de betrokkenheid van ouders bij hun kinderen zowel thuis als de school. Het Engels kent de term “education“. Dat gaat over het snijvlak van onderwijs, opvoeding, ontwikkeling en opgroeien van kinderen. Ze kunnen geen van allen zonder elkaar. En dus moeten we op zoek naar de verbinding. Met een mooi woord heet dat partnerschap in educatie. Maar wat is dat en vooral: hoe doe je dat?
Wat is educatief partnerschap?
Jarenlang was de taakverdeling tussen school en ouders gescheiden. Nu is de tendens steeds meer dat opvoeding en onderwijs een gezamenlijke verantwoordelijkheid zijn. Gelijkwaardigheid van ouders en school krijgt steeds meer nadruk. Educatief partnerschap is ‘een proces waarin betrokkenen erop uit zijn elkaar wederzijds te ondersteunen en waarin ze proberen zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen, met als doel het leren, de motivatie en de ontwikkeling van leerlingen te bevorderen’.
Ouderbetrokkenheid is tweerichtingsverkeer
De Nationale Oudermonitor (2012) laat zien dat ruim een kwart van de ouders geen steun van de school ervaart bij de opvoeding, terwijl zij daar wel behoefte aan hebben. Als scholen zich vaker richten op ouders, blijkt dat zij meer investeren in het onderwijs van hun kinderen. Interessant is dat scholen zelf redelijk tevreden zijn over de betrokkenheid en participatie van ouders.
Ouderbetrokkenheid gaat verder dan ouderparticipatie in de vorm van MR-lidmaatschap, luizen- of leesouder zijn. Ouderbetrokkenheid gaat ook over interesse vanuit de school voor de ouder die worstelt met opvoedingsvragen die aan onderwijs raken. Denk aan items als:
- Waarom zou ik voorlezen?
- Ik maak me zorgen om de leerprestaties van mijn kind. Wat kan ik als ouder bijdragen?
- Hoe bereid ik me voor op de overgang naar de middelbare school?
- Mijn kind spijbelt en ik krijg hem niet op tijd in bed, wat nu?
- Hoe kan ik mijn kind begeleiden met huiswerk maken?
Allemaal vragen waarop ouders een veel grotere invloed hebben dan ze zelf denken. En waar de school in haar eentje ook niet de oplossing in kan en wil zijn. In een OpvoedParty kunnen al deze thema’s moeiteloos aan bod komen. Zonder deze te problematiseren of ouders terecht te wijzen of te betuttelen. Met behoud van autonomie van de ouder en de school.
Van klagen naar vragen
Ouders die klagen worden het liefst door onderwijzend personeel overgeslagen. In een OpvoedParty leren ouders om hun knagende vragen te verhelderen, te delen en voornamelijk met steun van andere ouders op te lossen. Ze nemen verantwoordelijkheid voor hun eigen dilemma’s en wensen. In plaats van dat ze aan het hek blijven klagen over wat de school niet of niet goed genoeg doet. En de medewerker ouderbetrokkenheid? Die faciliteert het gesprek, bewaakt de veiligheid aan tafel en verzorgt de koffie en de koekjes. Zo wordt ouderbetrokkenheid wellicht toch nog een feestje?
Leave a Reply